Beknopte geschiedenis
Eerste Wereldoorlog
Gedurende de 19de eeuw was Letland onderdeel van Rusland en werden er Russische postzegels gebruikt. In 1915, tijdens de Eerste Wereldoorlog werd Letland door de Duitsers bezet en maakte het deel uit van het Postgebiet Ober-Ost. Kort voor het einde van de oorlog werd op 22 oktober het Verenigd Baltisch Hertogdom opgericht met als doel het vormen van een personele unie met het Duitse Keizerrijk.
Letse onafhankelijkheidsoorlog
Parallel hieraan hadden Nationalisten in januari 1918 het ondergronds Voorlopig Nationaal Regeringscomité opgericht Na de overgave van het Duitse Keizerrijk op 11 november 1918 riep dit nationalistische comité op 18 november de onafhankelijke republiek Letland uit. Een groot deel van de Duitse troepen trok zich terug, waarop het Russische Rode Leger op 1 december Letland binnenviel. In het bezette deel werd de Letse Socialistische Sovjetrepubliek uitgeroepen. In januari 1919 werd Riga ingenomen waarna de nationalistische regering vluchtte naar het westen (Koerland).
Aanvankelijk vochten de achtergebleven Duitse troepen samen met de Letse troepen tegen de Sovjettroepen. Vanwege tegenstrijdige belangen kwam het tot een breuk en werd op 16 april 1919 een tegenregering opgericht door de Baltisch-Duitse minderheid. Met Duitse steun werd vervolgens het Westrussisch Bevrijdiingsleger opgericht onder leiding van Pavel Bermondt-Avalov (een van de Witte Legers, zie Rusland Burgeroorlogsgebieden).
Met steun van Estse troepen verdrongen de Letse troepen de Witte en Rode Legers. De Letse Socialistische Sovjetrepubliek werd opgeheven en de Russische Socialistische Federatieve Sovjetrepubliek (RSFSR) erkende Letland als onafhankelijke staat in augustus 1920.
Tweede Wereldoorlog
Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog werd op 17 juni 1940 Letland door het Rode Leger bezet en in augustus opgenomen in de Sovjet-Unie als Letse Socialistische Sovjetrepubliek. In 1941 werd Letland bezet door het Duitse rijk (zie Duitse Rijk-Bezetting van Letland). Na de bezetting keerde Letland terug in de Sovjet-Unie.
Uiteenvallen Sovjet-Unie
Op 21 augustus 1991 trad Letland uit de Sovjet-Unie en werd het weer een zelfstandige republiek. De Letse onafhankelijkheid werd op 6 september 1991 door de Sovjet-Unie erkend.
Aren in de zon
De eerste uitgiften van Estland waren voornamelijk "Aren in de zon". Vanwege papiergebrek werd de eerste versie hiervan gedrukt op stafkaarten van het Duitse Leger. Latere versies zijn gedrukt op heel dun papier en normaal papier met en zonder watermerk. Een andere belangrijk verschil tussen de versies is het aantal blaadjes aan de linker twijg. De eerste uitgifte had vier blaadjes. Latere uitgiften hadden of vier of vijf blaadjes. Daarnaast kennen de derde en vierde uitgiften ook nog verschillen in tanding (ongetand, eenzijdig getand en getand). Uiteraard zijn er ook nog tintverschillen en echte kleurvariaties.
Uitgifte 1: "Aren in de zon [4 blaadjes]" gedrukt op Duitse stafkaarten, ongetand, 1918;
Uitgifte 2: "Aren in de zon [5 blaadjes]" gedrukt op gelinieerd paper, ongetand en getand, 1919;
Uitgifte 3: "Aren in de zon [5 blaadjes]", gedrukt op sigarettenvloeipapier, ongetand, eenzijdig getand en getand, 1919;
Uitgifte 4: "Aren in de zon [5 blaadjes]", papier met watermerk, ongetand, 1919;
Uitgifte 7: "Aren in de zon [4 blaadjes]", tweekleurig, getand, 1919;
Uitgifte 13: "Aren in de zon [4 of 5 blaadjes]", papier zonder watermerk, getand, 1920.
Symboliek
De klassieke postzegels van Letland bevatten veel symboliek. De eerste zegel toont drie aren die verenigd zijn door een band. De drie aren staan voor de drie deelgebieden van Letland: Koerland (Kurzeme), Lijfland (Livonia) en Letgallen (Latgale). De band is uiteraard Letland (Latvia), waarvan het jonge bestaan wordt weergegeven door de opkomende zon.
Een vergelijkbare symboliek vinden we in de zegel die als nooduitgifte in Noord-Estland is ontworpen en gedrukt. Ook hier is de opgaande zon te zien en worden de drie regios weergegeven met drie sterren, verenigd tussen twee cirkels waarin ook de naam Letland (Latwia) is opgenomen.
Op andere zegels wordt Letland afgebeeld als moeder en de regios als dochters. Als moeder/vrouw heeft ze ook het roer in handen.
Het staatswapen vertoont eveneens deze symboliek. Het wordt bekroond met drie sterren. De eerste uitgave in 1921 is nog in Roebels en Kopeken, maar na de geldsanering (gebaseerd op goud) werden deze zegels in Lats en Santimu waarden uitgebracht. Éérst met watermerk wijde golflijnen, vanaf 1927 met watermerk hakenkruis. Dat laatste kan voorkomen in vertikale óf horizontale rijen, met het hakenkruis rechtsom óf linksom draaiend gezien vanaf de achterkant.
Tandingen
De jonge staat had de nodige problemen bij de postzegelfabricatie. Er waren nauwelijks drukfaciliteiten, waardoor in de beginjaren een aantal zegels ongetand moesten worden uitgegeven. Ook was er een enorme papierschaarste.Daarbij was ook de inflatie hoog, wat resulteerde in de nodige nieuwe waarde-opdrukken op bestaande zegels. Uiteindelijk werd de situatie beter na de geldsanering van 1923, waarbij Roebels en Kopeken werden ingewisseld voor Lats = 100 Santimu.
Maar de verouderde tandingmachines bleven nog in gebruik. Daarom vindt u de zegels met lijntanding. De waarden 10, 10¾, 11¼ en 11½ komen in alle mogelijke kombinaties voor.
Bijzonderheid
Alle toeslagzegels vermelden twee waarden, namelijk de frankeerwaarde en de verkoopwaarde. Het verschil komt dus ten bate van het goede doel. Ondanks dat het technisch niet geheel correct is gebruiken we in de LD toch de notatie met een + tussen beide waarden.