Achtergrondinformatie over Rommeldam:
De stad komt voor het eerst voor in het Tom Poes-verhaal ‘De mysterieuze rovershoofdman’ uit 1941. In het verhaal ‘De erfpachter’ vertelt een eersteklas Dorknop-ambtenaar aan Tom Poes dat de stad in 1132 is gesticht. In het jaar 1353 heet de stad nog steeds Rommeldamme. De naam lijkt sterk op Toonders geboorteplaats Rotterdam en is hier waarschijnlijk een toespeling op. Rommeldam is een klein stadje met veel middeleeuwse gebouwen. De vakwerkhuizen hangen over de niet altijd geplaveide straten, scheve schoorstenen domineren het stedelijke silhouet van de puntdaken. De elite van Rommeldam is lid van herenclub De Kleine Club. Rommeldam ligt vlakbij De Zwarte Bergen. Rommeldam heeft een haven en ligt aan de rivier de Rommel, die bij Kattezijl uitmondt in zee. De burgemeester van Rommeldam is de heer Dickerdack. Op een heuvel aan de rand van de stad liggen Kasteel Bommelstein en het kasteel van de Markies de Canteclaer van Barneveldt. Bommelstein is het huis van Heer Bommel en zijn knecht Joost.
Een miniatuurversie van Rommeldam bestond in de Nederlandse stad Oisterwijk. Theo Sluiter (restauranteigenaar) en Broos Dröge namen het initiatief om een miniatuurversie van Rommeldam te bouwen. NV Rommeldam is op 13 juni 1955 opgericht onder de naam ‘Sprookjesstad Oisterwijk NV’ om Marten Toonders "Rommeldam", kortweg ‘NV Sprookjesstad Oisterwijk’ of ‘NV Rommeldam’, te exploiteren.
Kees van der Weert van Toonder Studios maakte de ontwerpen. Daarnaast waren onder meer een architectenbureau, landschapsarchitect, schilder en elektrotechnisch ingenieurs bij de bouw betrokken. De 500 voorwerpen en beeldjes van de figuren voor de stad zijn gemaakt door de heer Onkenhout uit Amsterdam. Ze moesten door Toonder worden goedgekeurd voordat ze werden geplaatst. Ze varieerden in grootte van enkele decimeters (bijvoorbeeld Tom Poes' huis) tot meer dan twee meter hoog (bijvoorbeeld het gemeentehuis). Ook de Oude Schicht, de auto van Heer Bommel, was aanwezig; er was zowel een kleine versie als een auto op ware grootte (kenteken GX 11044).
De miniatuurstad is gebouwd onder dennenbomen aan de rand van Oisterwijk, in theetuin Gemullehoeken op de kruising van de Gemullehoekenweg en de Kivitslaan. Het had een oppervlakte van 3,5 ha en bestond uit ongeveer 400 woningen.
De bouw kostte zo'n 150.000 gulden. De attractie werd op 29 juni 1955 geopend met een openingsspeech van Godfried Bomans. Een deel van de entreegelden was bestemd voor het Prins Bernhard Fonds. Er waren ook inkomsten uit advertenties. De miniatuurstad werd draaiende gehouden door een bedrijfsleider en veertien vaste medewerkers.
In de jaren 1955 tot 1959 was het een klein Madurodam. Bezoekers konden het boekje Rommeldam in Oisterwijk kopen met daarin een welkomstwoord van Heer Bommel, een rondleiding en een beschrijving van de geschiedenis van Rommeldam. Auto's en treinen reden in de miniatuurstad, er klonk muziek, 's nachts waren de gebouwen verlicht en de straatverlichting aan en ook de vuurtoren functioneerde. Er werden regelmatig figuren gestolen, vooral die van Heer Bommel.
In 1959 ging het sprookjesstadje failliet en hield op te bestaan. Na de verkoop van de inboedel hadden diverse Oisterwijkers nog een tijdje een Rommeldam pand in hun tuin staan. De overgrote meerderheid is verloren gegaan. Het theehuis bestaat niet meer. Een later geplaatst bord met het opschrift "Huize Rommeldam" aan de Gemullehoekenweg 66 houdt ter plekke de herinnering aan de miniatuurstad levend.