In this card game in the world, use is made of cards with their own simple representation. The regular cards are numbered from 0 to 9 in four different colors (yellow, green, red and blue). There are also a number of special cards. There are a total of 108 cards in a UNO game: the regular cards from 0 to 9, with all appearing twice per suit, except the 0, which only occurs once per suit. Three special cards (skip turn, turn order and change color) each appearing twice per suit and two special cards without color each appearing four times in the deck.
Depending on the game rules that are used, a number of cards are dealt by the dealer. In general, it is shared clockwise. The intention is to be the first to get rid of all your cards. When a player places a card and only has 1 card left in his hand, the player must say "Uno" out loud. Failure to report this will be penalized with two cards to be taken. A player can make life miserable for others with the special plague cards in between:
- Skip turn
- reverse game order
- change color
- Take 2 cards for punishment
- Take 4 penalty cards and change color
It is possible to stack the last two cards. If player 1 tosses a +2 card, player 2 must take 2 cards and skip the turn. If player 2 also has a +2 card, player 2 may toss that card, so player 3 must now take 4 cards.
In the tournament format, each round the remaining points are added to that player's score. For example, it is played until one player has 500 points, after which the remaining players continue
This text has been translated automatically from Dutch
Click here for the original text
In dit kaartspel ter wereld wordt gebruik gemaakt van kaarten met een eigen eenvoudige voorstelling. De gewone kaarten zijn genummerd van 0 tot 9 in vier verschillende kleuren (geel, groen, rood en blauw). Daarnaast bestaan nog een aantal speciale kaarten. In totaal zijn er 108 kaarten in een UNO-spel: de gewone kaarten van 0 tot 9, waarbij allen tweemaal voorkomen per kleur, behalve de 0, die maar 1 maal voorkomt per kleur. Drie speciale kaarten (beurt overslaan, spelvolgorde omdraaien en kleur wijzigen) die elk tweemaal per kleur voorkomen en twee speciale kaarten zonder kleur die elk viermaal in het dek voorkomen.
Afhankelijk van de spelregels die er gebruikt worden, wordt er door de deler een aantal kaarten uitgedeeld. Er wordt in het algemeen met de klok mee gedeeld. De bedoeling is om als eerste al je kaarten kwijt te raken. Wanneer een speler een kaart legt en daarna maar 1 kaart overhoudt in zijn hand, moet de speler luidop "Uno" zeggen. Het niet melden hiervan wordt bestraft met twee te pakken kaarten. Een speler kan het de anderen het leven zuur maken met de speciale pestkaarten die ertussen zitten:
- beurt overslaan
- spelvolgorde omdraaien
- kleur wijzigen
- 2 kaarten voor straf pakken
- 4 kaarten voor straf pakken en kleur wijzigen
Het is mogelijk om de beide laatste kaarten te stapelen. Als speler 1 een +2 kaart opgooit, moet speler 2 dus 2 kaarten pakken en de beurt overslaan. Als speler 2 ook een +2 kaart heeft, mag speler 2 die kaart opgooien, waardoor speler 3 nu 4 kaarten moet pakken.
In de toernooivorm worden elke ronde de overgehouden punten bij de score van die speler opgeteld. Er wordt dan bijvoorbeeld gespeeld tot een speler 500 punten heeft, waarna de resterende spelers verder gaan